Enige tijd geleden werd er door de landelijke stichting voor Anorexia en Boulimia Nervosa iemand gezocht voor een interview. Het betrof een populair maar degelijk actualiteitenprogramma. Nu ben ik medewerker voor die stichting, inactief -want geen beschikbare medebegeleider om iets lotgenoterigs te doen in de regio- dat wel, en postte op hun website dat ik daar eventueel wel aan mee wilde werken. Een week of wat later was ik dat allang weer vergeten toen mede-medewerker E. mij belde. Of ik dat interview nog wilde geven. Nog diezelfde middag stond Nova op de stoep. Journalist en camaravrouw, statief, banden, batterijen, snoeren, de hele mikmak.
Het onderwerp was controversieel, zelfs binnen lotgenotengroepen van mede(ex)eetgestoorden.
Men vroeg of ik voluit in beeld wilde, zonder stemvervorming of andere onherkenbaarheids maatregelen. Met het idee in mijn achterhoofd dat eenieder die het program zou zien toch wel zou weten dat ik het stemde ik toe.
Het interview ging, op wat strubbelingen met mijn computerscherm na, -een CRT doet op televisie heel mooi flikkeren, en dus regelde ik in de gauwigheid een TFT van een vriend (echte nerd weten wat ik hiermee bedoel, een flatscreen dus)- voorspoedig en geen moment twijfelde ik aan mijn beslissing om me beschikbaar te stellen voor nationale televisie.
En toch vertelde ik het niemand.
Nu ja, Nanne natuurlijk, en zijn moeder. Twee personen binnen mijn vereniging die al iets afwisten van de aanwezigheid, of liever, de heropleving van mijn eetprobleem. Maar verder niemand.
Waar mijn halve vriendenkring geïnformeerd werd over mijn optreden in de plaatselijke krant aangaande mijn vrijwilligerswerk of mijn minimieme rol in een televisieprogramma over het hoe en waarom van liegen als levenswijze (iets waar ik mij in het verleden veelvuldig van bediende), nu hield ik alles geheim.
Zelfs hier zweeg ik over mijn status als kortstondige nationale bekendheid.
Over de zenuwen van voor de uitzending, de lofuitingen van erna, en alles ertussen.
Internet is alleen relatief anoniem. Zodra je wat vrienden en kennissen laat weten dat je een weblog hebt zit er een limiet aan wat je erop kunt vertellen.
En hoewel ik aan een selecte groep had laten weten dat het eetprobleem niet meer geheel iets van het verleden was en hier toegaf dat er, zo af en toe, nog best heel moeilijke momenten waren, de ins en outs bleven toch verborgen achter gesloten deuren. Graag liet ik het grote publiek geloven dat het met dat eten allemaal wel meeviel, en dat het eigenlijk best goed ging.
In alle eerlijkheid, het gaat ook best goed. Met, dankzij, of ondanks de eetstoornis gaat het beter dan het in jaren ging. En dus moest ik maar niets vertellen over de moeilijkere momenten, de zware dagen van vorig jaar, de korte momenten van wanhoop. Men zou eens het idee kunnen krijgen dat het misschien wel slecht met mij zou gaan.
En zo eindigd ook dit logje.
Zonder diepgang over waar het interview daadwerkelijk over ging, of een link naar de plaats waar u het kunt vinden. Niet omdat ik niet denk dat de ondernemeden onder u dat niet zouden kunnen localiseren op het niets verhullende wereld wijde web, maar omdat ik de simpele lezer eigenlijk toch liever niet vertel wat er ooit in mij omging, of wat ik toen deed. Omdat ik mij, als ik kijk naar heel diep van binnen, misschien toch een beetje schaam, en graag wil dat de buitenwereld enkel de kant van mij ziet die ik graag zie: die wanneer het goed gaat.
En zeg nu zelf, zo raar is dat toch ergens niet?
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
maar het gaat toch ook relatief erg goed!!!!!
Een reactie posten