De onweersbui had zich precies tussen de vereniging en mijn auto gepositioneerd. Niet dat ik wat op regen tegen had, zo na die dagen net geen hitte golf. Dus toog ik opgewekt door de neerstortende druppels. Tegen de tijd dat ik de honderd meter naar mijn auto had afgelegd waren enkel mijn sokken -want in waterdichte schoenen- nog droog. Eenmaal in de auto en onderweg ploeterde ik mij keer op keer door plassen van bijna de helft mijn wielhoogte, die watervallen tot twee keer de grote van mijn auto gaven. Maar, het deerde me allemaal niets. Het zou nu immers koeler worden. Vooral daar, waar ik het zo hard nodig had.
Dat mocht ik willen.
Eenmaal thuis en afgedroogd in pyjama hempje bleek de slaapkamer nog net zo achtentwintig en een half als voor het noodweer...
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten