dinsdag, november 20, 2007

Omslag.

Sinds vanmorgen tien uur ben ik gestopt met roken.
Iets met een hardnekkige hoest en een huisarts die zei dat het beter was.
Niet dat ik vanwege de hoest per sé moest stoppen, voor het nare gevoel was het zelfs begrijpelijk als ik zou blijven roken, slijm ophoesten is vele malen fijner dan een nare kriebelhoest. Ook moest ik verwachten dat de hoest, ondanks de pillen die ik kreeg voor mijn longen, in eerste instantie erger zou worden.

En feitelijk zouden Nanne en ik pas stoppen met roken als ik zwanger zou zijn, om de motivatie, en de kans op het slagen van de stoppoging zo groot mogelijk te maken.
Eerdere stoppogingen leerden mij dat ik redelijk zwak was aangelegd, en bovendien mijn gebrek aan sigaretterook ging compenseren met eten, en dat was nu juist wat mijn eetgestoorde geest niet gebruiken kon. En dus stopte ik niet.
Maar zat was ik het wel.
Dat roken, dat moeten.
Ik was er al achter dat het niet de nicotine was, ik kon op plaatsen waar niet gerookt mocht worden uren, zelfs dagen zonder sigaret. Nee, het was de gewoonte.
Het zien van de rook, het iets te doen hebben.
Ik was er op mijn twaalfde mee begonnen en heb bijna mijn hele leven gerookt, hoe raar dat ook klinkt als je pas achtentwintig bent, ik kan me een leven zonder niet goed voorstellen.
Maar ik wilde.
Ik wilde gestopt zijn.
Dat stoppen zelf, nee, dat niet. Maar dat erna, dat leek me wat.
Niet meer na het eten die sigarte moeten, niet bij de bushalte met je verkleumde vingers een sjekkie staan te draaien.

Hoe langer hoe meer stond het me tegen.
Ik rookte minder, en lichtere shag, en daar ook weer minder van.
Ik werd er zelfs misselijk van, van de rook van anderen, van hun -zwaardere- shag en zelfs af en toe van de mijne.
Maar ik rookte door.
Niemand kan beweren dat ik niet vasthoudend in mijn verslaving ben.

Hopelijk ben ik nu ook zo vasthoudend in het stoppen.
Maar jezus...

Wat moet ik in hemelsnaam doen de hele dag...?

Geen opmerkingen: